Provincie Zuid-Holland doet onderzoek naar de financiële vrijheid van de Zuid-Hollandse gemeenten
De provincie Zuid-Holland laat onderzoek doen naar de financiën bij gemeenten in de provincie. Het onderzoek richt zich op de vragen welke ruimte de lokale overheden nog hebben om zelfstandig plannen te maken en hoeveel geld zij hieraan uit kunnen geven.
Sinds 2015 zijn de jeugdzorg en huishoudelijke hulp (Wmo) van het rijk overgeheveld naar gemeenten. Daarnaast werd een nieuwe wet ingevoerd om mensen met een beperking of uitkering aan de slag te krijgen. Het geld voor deze veranderingen blijkt niet genoeg. Daar komt bij dat het kabinet steeds met nieuwe spelregels komt. Zo is dit jaar een Wmo-abonnementstarief ingevoerd. Gebruikers van extra hulp betalen een kleine eigen bijdrage, terwijl de rest door gemeenten betaald moet worden. De financiële gevolgen van de corona-crisis zijn daar nu bijgekomen. Ook verwacht het rijk dat gemeenten financieel meedoen aan de energietransitie, de overgang van vervuilende brandstoffen naar schonere alternatieven.
Volgens Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland komen gemeenten in financiële problemen zonder dat ze daar voldoende zelf inhoudelijk of financieel op kunnen sturen. Het gevolg is dat de gemeenten harde keuzes moeten maken waaraan zij hun geld uitgeven. Dit kan ertoe leiden dat de lokale overheden tot een besluit moeten komen om bijvoorbeeld een bibliotheek of zwembad dicht te doen. Gedeputeerde Staten hebben hiervoor eerder ook al aandacht gevraagd in een brief aan het kabinet. Eerder schreven commissaris van de Koning Jaap Smit en gedeputeerde Floor Vermeulen ook al een brief.
Extra geld kabinet niet structureel
Het kabinet heeft inmiddels aangekondigd 777 miljoen euro extra uit te trekken. Dit is een incidentele compensatie voor kosten die te maken hebben met de maatregelen tegen corona. Volgens Gedeputeerde Staten is dit geen oplossing voor een aantal structurele tekorten die vooral te maken hebben met de knelpunten in de Wmo.
Het onderzoek bij de Zuid-Hollandse gemeenten is naar verwachting begin volgend jaar klaar. Dit najaar wordt een eerste tussenrapportage afgeleverd. Daarin wordt ingegaan op de financiële tekorten bij gemeenten van de afgelopen jaren en wordt geprobeerd te laten zien hoe deze zijn opgevangen. Gedeputeerde Staten verwachten dat de resultaten kunnen helpen in het debat over de positie van gemeenten, zowel financieel als bestuurlijk.
(Uit Nieuwsbrief Provincie Zuid-Holland, 8 september 2020)
Reacties